NIEUWSBRIEF
'MGR. SCHRAVEN EN GEZELLEN'
jaargang 13, nummer 71, nr. 2 2021
Uitgave van de 'Mgr. Schraven Stichting'

terug naar inhoudsopgave

TERUGBLIK OP HET LEVEN VAN VINCENT HERMANS

Het is al weer twee maanden geleden dat we afscheid namen van Vincent Hermans. Wie was die man die zo bevlogen de Mgr. Schravenstichting oprichtte en daar 12 ½ jaar secretaris van was?

Vincent wordt geboren in een familie met een lange missionaire traditie en op een eeuwenoude boerderij aan de Maas. Zijn familie brengt de nodige priesters en zusters voort. Onder hen zijn vier lazaristen, die naar China vertrekken. Twee daarvan worden bisschoppen: Mgr. Frans Geurts en Mgr. Frans Schraven. Van hem hangt een portret in de nette kamer. De oma van Vincent is de zus van Mgr. Schraven en zij blijft haar hele leven op de boerderij. Haar zoon, de vader van Vincent,blijft op de boerderij; een andere zoon wordt trappist en kiest de heilige Vincent de Paul, stichter der lazaristen, als zijn kloosternaam. De eenvoud en bescheidenheid van heeroom Vincentius met het contemplatieve karakter van zijn orde en het ‘Vincentiaans charisma’ zijn aspecten waarvan Vincents leven doortrokken zal raken.

Vincent wordt geboren in de oorlog. De ervaringen van het gevoel van onveiligheid van zijn ouders, die door Gestapo-troepen worden overvallen op zoek naar onderduikers, en hun ervaringen van wegvluchten van de boerderij, omdat de kogels door de voordeur over baby Vincent in de kinderwagen de keuken in vlogen, hebben hen én Vincent getekend. Hun houding en omgang jegens vreemdelingen is er door bepaald.

Na zijn lagere school komt hij in het kleinseminarie van Wernhoutsburg terecht, dat geleid wordt door de Lazaristen. Hij doet hier het gymnasium en wordt al gauw organist. Als hij aan het noviciaat begint, raakt hij geboeid door het Leven en Werken van Vincent de Paul, die oplossingen zoekt én vindt om mensen in diepe ellende te helpen. “Liefde is eindeloos vindingrijk”. Hij legt zich ook toe op de geschiedenis van de Nederlandse congregatie en de levensverhalen van alle Nederlandse Lazaristen. Hij wordt daarmee de expert. Als organist draagt hij bij aan de omschakeling naar de Nederlandstalige liturgie. Psalmen en liederen worden een spirituele ‘bron van leven’. Door alle veranderingen en discussie over de priesteropleiding verhuist die naar Eindhoven. Als die opleiding stopt in 1969 stapt Vincent over naar de theologie-opleiding in Tilburg, waar hij in 1970 zijn kandidaats afrondt. De keuzes en de koers van de Nederlandse congregatie doet Vincent besluiten om afstand te nemen: hij wil zich in de toekomst liever wijden aan de bijzondere opdracht die Vincent de Paul de congregatie had meegegeven: alert zijn op noodsituaties in de kerk en pogen die te verhelpen. Maar in deze tijden van verwarring heeft hij even genoeg van theologie. Hij gaat een andere studie doen, neemt allerlei baantjes aan en komt terecht op de Amsterdamse Wallen, waar hij twee jaar woont en werkt op “de mestvaalt van de Nederlandse maatschappij” met hoeren en drugsgebruikers. Hij doet er van alles, maar is bovenal een sociaal-maatschappelijk werker. Hij organiseert ‘s zomers kinder- en bouwkampen. Hij komt er met Marokkanen in contact en wordt getroffen door hun uitzichtloos perspectief. Een bevriend missionaris die een bedelpreek houdt, opent hem in 1973 de ogen voor de werkelijkheid: de missionaris moet bedelen om morgen brood op de plank te hebben voor zijn mensen; de mensen hier zien niet hoe zij hier de armoede daar van zijn mensen veroorzaken door hun neo-liberaal en kapitalistisch systeem. Zijn oproep “Zeg de mensen toch de waarheid over onze armoede” is een eyeopener, die zijn studie Missiologie in Nijmegen, zijn reis door Afrika en het werk voor het Missionair Centrum en de Open Deur in het dekenaat Brunssum-Hoensbroek zal kleuren. “Ik heb er mijn beroep van gemaakt om de mensen hier ‘over de waarheid van armoede te spreken’. Heeft de Kerk daarin niet een taak, of is dat juist niet de missie als we streven naar wereldwijd vrede en gerechtigheid?”, zal hij later zeggen.

De tijd op de Wallen en de problemen van de Marokkaanse gastarbeiders neemt hij mee in zijn studie Missiologie. Op dat thema zwaait hij cum laude af. Breed geïnteresseerd als hij is, doet hij mee aan het organiseren van de Europese Assemblee van de Raad van Kerken. Dat levert hem een jaar later een uitnodiging op voor de Conferentie van de Wereldraad van Kerken in Nairobi. Hij geeft er zijn ogen goed de kost. Hij ervaart en ziet de enorme kloof tussen arm en rijk. Hij grijpt de kansen aan om met de plaatselijke bevolking in contact te komen. Hij bezoekt ontwikkelingsprojecten en kerkgenootschappen om te kijken wat zij bijdragen in het vraagstuk van armoede. Zo zwerft hij door Kenya, Tanzania (beklimt de top van de Kilimanjaro 5895 m met slechts de winterkleren en de handschoenen van een Australische dominee) en bezoekt bekenden en vrienden in Ethiopië, waar net een staatsgreep heeft plaats gevonden. Via Soedan zakt hij de Nijl af in Egypte en ontdekt de nadelige gevolgen van de Aswan-dam in de Nijl. En passant interviewt hij de patriarch van de katholiek-koptische kerk in Cairo. Een jaar later staat een bezoek aan een dorpsgenoot in Rhodesia op het program, waar het Rhodesische leger uit is op het vermoorden van priesters. In Zuid Afrika loopt hij zo maar langs de gewapende beveiliging van Beyers-Naudé, die huisarrest heeft vanwege zijn kritiek op het apartheidsregime. Deze is stom verbaasd, maar geeft een interview, dat later wordt gepubliceerd.

Op verzoek van religieuzen zet Vincent het landelijk Missionair Centrum in Heerlen op. Als het na ruim een jaar van start gaat, wordt een ander directeur. Vincent heeft geen ambitie in organiseren en eindeloos vergaderen. Hij zet zich liever in met mensen vóór mensen. Als missionair en/of diakonaal vormingswerker zet hij zich acht jaar lang in voor mondiale vorming, ‘de vreemdeling in ons midden’ en ‘aandacht en passie voor de sociaal zwakkeren, en bewustzijn wekken voor de wortels van armoede’. Dat blijft zijn rode draad.

Dan is Vincent toe aan een sabbatjaar. Hij kiest voor een ‘exposure-reis’ in de Filippijnen. Tijdens de reis word je dan blootgesteld aan situaties, waarin Filippino’s terecht komen onder de dictatuur van Marcos. Daar leeft hij tussen de armsten van de armen. Als die mensen protesteren, komen de militairen om iedereen koest te houden. “Ik maakte situaties mee, die ik kende uit de verhalen van mijn ouders over de bezettingstijd; kogels die om je oren vliegen; je leven niet zeker zijn en een barbaarse onderdrukking; je weet dan dat ze Jezus Christus hebben vermoord omdat hij de gevestigde orde bedreigde door het op te nemen voor de hulpbehoevenden; door het geweten te spelen van de samenleving”. Hij ontsnapt hier aan de dood, doordat hij te laat arriveerde bij de overvolle veerboot, die kapseisde en ten onder ging. Nog drie maanden Indonesië en Irian Jaya stonden op het program.

Pastoraal Werker ‘Kerk en Samenleving’
Als hij terugkomt stelt bisschop Ernst Vincent fulltime aan. Mgr. Ernst vindt dat geloven ook sociaal engagement inhoudt en stelt daarom in elk dekenaat een fulltime kracht Kerk en Samenleving aan om parochies te begeleiden. Vincent heeft veel geleerd in de Filippijnen en hij past dit toe in Breda. Onder zijn leiding wordt er een stevig onderzoek gedaan naar ‘Moderne Armoede in Breda?’. Hij weet een functionerend netwerk wijkcontactpersonen op te zetten, een nog steeds bestaand inloophuis in een bepaalde wijk, hij organiseert, wat toen nog niet vanzelfsprekend was, een Stichting Huisvesting Asielzoekers Breda, waarmee woningen verworven worden en opgeknapt om mensen onderdak te geven. “Het christendom is als een maatschappelijk geweten dat zelfs de grenzen van de eigen religie ver overschrijdt”. Omdat zijn vrouw een baan krijgt in Zuid Limburg neemt Vincent afscheid van Breda en verhuist naar Simpelveld.

Pepijnklinieken Echt
Van daaruit werkt hij een aantal jaren voor de Gerardusklok en Gerarduskalender in Wittem. Hij doet er een Postdoctorale Training bij. Dan komt er een ‘turning point’ in zijn leven: of hij pastoraal werker bij verstandelijk gehandicapten wil worden. Na een meeloopdag op Pepijn komt de pastor van Pepijn tot de conclusie dat hij zijn opvolger heeft gevonden voor als hij over drie maanden met pensioen gaat. De interactie tussen Vincent en bewoners gaat zo spontaan en gemakkelijk. Alle talenten waar Vincent over beschikt: muziek, zang verhalen, humor, zijn vindingrijkheid, omgaan met mensen komen er tot zijn recht. De artsen zeggen: “Als Vincent weg is, stijgt het doktersbezoek”. Vincent werkt hier tot aan zijn pensioen. Als dirigent van het Pepijnkoor gaat hij door tot het koor wordt opgeheven vanwege bezuinigingen.

Stil zitten met pensioen?
Jarenlang neemt Vincent zich voor om dan de vragen rond moord op Mgr. Schraven op te lossen. Zijn vader had gezegd, dat de reden wel nooit bekend zal worden. Een handschoen, die vraagt om opgenomen te worden.
Wie het interview met Vincent bekijkt, dat katholiekleven.nl op 20 oktober 2020 op zijn website plaatste onder ‘video’s’, ziet een man aan wie je kunt zien dat het verhaal van Schraven hem letterlijk in vuur en vlam zet. Het raakt hem tot in de ziel. Ruim vijftien jaar zet hij zich in voor de zaak van Schraven, waarvan 12 ½ als secretaris. Eindeloos zijn zijn initiatieven geweest: de Schravenkapel, het stripboek, het Schravenwandelpad, de Schravenroos, conferenties in China 2009, 2014 en 2017; pelgrimsreizen in dezelfde jaren. In 2017 vindt een erkenning plaats: Mgr. Schraven c.s. worden in China erkend als ‘helden van het volk’, omdat zij vrouwen en meisjes beschermden tegen vijanden van het volk. Ook in Simpelveld is hij zeer actief.

Tijdens de zaligverklaring van Clara Fey in Aken beseft hij dat hij die van Mgr. Schraven niet mee zal maken. Een jaar later is duidelijk dat zijn lichaam onderdak biedt aan een agressieve uitgezaaide kanker. Hij aanvaardt het: ‘Ik heb een mooi leven gehad. Het is goed zo’.