PATER WOUTERS CM GERARDUS AUGUSTINUS HENRICUS


Gerrit Wouters werd geboren te Breda op 5 juli 1909 als oudste zoon van het echtpaar Adrianus Joseph Wouters en Maria Joanna Hendriks. Na het beëindigen van zijn gymnasiale studies op het kleinseminarie Wernhoutsburg te Zundert trad hij in bij de Congregatie der Missie (lazaristen) te Helden-Panningen op 17 september 1928. Twee jaar later legde hij op 18 september de eeuwige geloften af.

Op 16 september 1934 schrijft hij aan zijn provinciale overste: ‘Ik voor mij blijf natuurlijk gaan waar God me door u zal roepen; daar is men zeker op zijn plaats, maar als het van mij afhangt, kies ik voor de missie van China die me de laatste tijd bijzonder aanstaat’. Zijn studiegenoot Adriaan Vermeulen getuigde later van hem: ‘Als goed student kroop Gerrit toch niet altijd achter de boeken en begreep dat kameraadschappelijk verkeer in een studentenwereld eisen stelt, die men niet ongestraft negeren kan. Daarom was hij steeds bereid te helpen, ging met allen hartelijk en joviaal om en deed door een juist geplaatste geestigheid de recreatievreugde tot een hartelijke lach uitbloeien. Van jolijt en vrolijkheid hield hij, terwijl zijn gereserveerdheid belette dat dit tot uitbundigheid omsloeg. Bij de toneelavonden gaf hij de bewijzen van zijn goede smaak en zijn medeleven tegelijkertijd. Ernst en gemoedelijkheid kenmerkten zijn karakter. Dat de eerste trek overheersend was, mag men veilig beweren. Wanneer hij orgel speelde gaf hij zich geheel. Wie hem dan hoorden, wisten dat hij dieper voelde en ernstiger was dan een oppervlakkige beschouwer zou raden. Deze karaktereigenschappen uitten zich in een degelijke godsvrucht en eenvoud’

(Vermeulen, In Memoriam).

Op 21 juli 1925 wordt hij in de parochiekerk van Panningen door Mgr. G.Lemmens, bisschop van Roermond tot priester gewijd. Zijn overste tekent aan: ’’Gerrit is een man met een diepe godsdienstige overtuiging; hij interesseerde zich voor zijn studies, deed goed en rustig wat hij moest doen, heeft een goed en gevoelig hart, is met een goed verstand begaafd en heeft een heldere geest, preekt zeer goed en met overtuiging, is een bekwaam organist. Men kan hem op het gebied van onderwijs alles toevertrouwen. Men kan op hem rekenen”. (Dossier Wouters in Archief Lazaristen Panningen)

Met zijn jaargenoot Hubert Schlooz uit Venlo wordt hij benoemd voor het vicariaat Zhengding, 260 km. ten zuiden van Peking gelegen, waar Mgr. Frans Schraven bisschop is. Tien dagen na zijn priesterwijding, op 31 juli, overlijdt zijn moeder. Omwille van vader wordt de vertrekdatum naar China zes weken uitgesteld. Half oktober vertrekt hij met Hubert Schlooz. Op 3 december 1935 komen beide jonge missionarissen in Shanghai aan vanwaar ze doorreizen om over Peking Zhengding te bereiken, waar zij, behalve Mgr. Frans Schraven, ook broeder Antoon Geerts uit Oudenbosch aantreffen.

Gerrit krijgt de Chinese naam ‘Wei Zhi-gang’. Zijn eerste taak is de studie van de Chinese taal. In de kathedraal van Zhengding is een hoge muziekcultuur. Jarenlang heeft de missionaris Henri Alers in de kathedraal en op het nabijgelegen kleinseminarie het orgel bespeeld, leiding gegeven aan de koren en veel nieuwe composities gemaakt; nu verblijft hij al een langere tijd om gezondheidsredenen in Nederland. Gerrit zal al gauw diens plaats aan het orgel en voor de koren hebben ingenomen. Het orgel van de kathedraal werd in de loop van 1937 door de Slowaakse orgelreparateur Biskupič volledig gereviseerd.

In het begin van het nieuwe schooljaar 1936-1937 wordt Gerrit benoemd aan het kleinseminarie te Paitang, gelegen op een afstand van 4 km. van Zhengding. Pater Jan Ramakers uit Echt afkomstig is er al jaren overste. Gerrit wordt belast met het onderricht van Latijn en Grieks en natuurlijk met de muzieklessen. Voor de hoogmis gaat hij iedere zondag naar de kathedraal. “In het seminarie werkte hij zich prachtig in: de jongens hielden van hem, de Chinese priesters, geen een die iets tegen hem had, integendeel (…) en voor mij, dikwijls ging ik naar het seminarie, ’n paar uurtjes met Gerrit praten, en werd een brief voorgelezen die hij of ik uit Holland had gekregen, en dan: ‘Gerrit, hou je!”- Bèr, hou je! Tot een volgende keer’ (Hubert Schlooz nov. 1937). Het seminarie ligt vlak langs de spoorlijn van Peking naar Shijiazhuang. Bij het uitbreken van de vijandelijkheden tussen Japan en China in de zomer van 1937 worden door duizenden Chinese soldaten loopgraven langs die spoorlijn gegraven omdat de Japanse troepen er bij hun opmars gebruik van maken.

pater Wouters samen met broeder Geerts

Bijna 60 Chinese en buitenlandse priesters nemen in de tweede helft van september deel aan de jaarlijkse retraite in de residentie van Zhengding. Mgr. Schraven zegt hun op 27 september dat zij vanwege de oorlogsdreiging in de stad kunnen blijven maar de meesten gaan toch liever naar hun missieposten, zo ook Hubert Schlooz. Overste Jan Ramakers gaat terug naar het seminarie. Gerrit Wouters blijft in de residentie achter.

Na hevige gevechten wordt Zhengding op 9 oktober ’s morgens door Japanse troepen ingenomen. Op het missieterrein met kathedraal, residentie, hospitaal, weeshuis, meerdere scholen en de drie kloosters van broeders en zusters verblijven duizenden vluchtelingen, voornamelijk vrouwen en kinderen. Soldaten klimmen over de muren en trappen poorten in om te roven maar worden door hun eigen officieren teruggeroepen. ’s Avonds om 19.00 uur zit de bisschop samen met alle priesters en broeders in de eetzaal voor het avondeten. Plotseling stormen tien soldaten binnen; zij boeien monseigneur, de 5 buitenlandse priesters onder wie Gerrit Wouters, twee broeders waaronder Antoon Geerts uit Oudenbosch en de orgelreparateur Biskupič en voeren hen weg. De Chinese priesters blijven in shock achter. Niemand weet waarheen de negen worden weggevoerd. Vele weken later dringt pas duidelijk in de hele wereld door dat de negen geboeiden diezelfde avond op een 300 meter afstand van de missie zijn vermoord en verbrand. Hun stoffelijke resten werden begraven op het missiekerkhof naast het kleinseminarie te Paitang.

In een van zijn brieven uit China schreef Gerrit naar aanleiding van de gespannen politieke toestand in China: ‘Ik geloof dat O. L. Heer niet goed weet dat naar China gaan op zich al een flink offer is, want Hij is er dikwijls niet tevreden mee en vraagt nog meer’. Toen hij dit schreef wist hij niet hoe spoedig O. L. Heer hem het grootste offer zou vragen.

Voor verdere informatie over de moord, zie op de pagina Martelaren onder ‘Drama

W.Bellemakers cm